Keienrommel wordt rommelkeien

Michael noemt Taule: Rommelkeien. Hij heeft gelijk, er is veel rommel en er liggen veel keien. Maar het gaat vooruit, en snel ook.

Was RJ tot nu toe vooral bezig met het dak, de vloer, de leidingen en de aan en afvoer van de badkamer, nu ineens is daar een echte kamer. Aan elke kant een deur, dat benadrukt het kamergevoel. Er moet nog van alles gebeuren, maar het is wel de eerste ruimte in het hoofdhuis met deuren.
Over deuren gesproken, er zijn afspraken gemaakt voor de levering van alle resterende deuren en ramen van het hoofdhuis. Ik zal jullie de lijdensweg besparen die eraan vooraf ging, maar nu staat echt alles op papier en is de bestelling gedaan. Ook heeft RJ afgesproken dat alles vóór eind november geplaatst zal zijn Ik geloof niet dat hoongelach hier echt op zijn plaats is,  maar ik snap het wel.
RJ heeft zijn werk in de badkamer afgebroken om op twee-drie plaatsen muren te bouwen. Het open gat in de slaapkamer met daaronder de schuur (zie foto’s) is hij aan het dichtmetselen, waarbij hij dan gaten openlaat voor ramen. Ook de poort die als voordeur gaat dienen, wordt voor de helft dichtgemetseld. Wordt vervolgd.

Intussen heb ik bergen werk verzet. Letterlijk. Ik ben nog niet helemaal klaar, maar dat komt omdat ik moet wachten tot RJ klaar is bij de poort van de oprit. En dan is alles weg.
Ik heb graszaad gekocht en een paar stukjes grond ‘losgemaakt’. Lees: ik heb erin zitten wrikken. En dan geharkt en zaad gestrooid. Vervelend werk, want ik denk dat het toch niet lukt. De grond is veel te hard. Ik wacht nu op regen want dan wordt de grond een soort slib en wil ik in de rest van de tuin gras zaaien. Ik hoop dat het dan kiemt zonder al dat wrikken. Volgens de verpakking mag ik tot eind oktober zaaien, dus dat wordt spannend.

De buurman Yves (die van de floc) staat hier achter op zijn terrein vreselijk lawaai te schoppen met een zaagmachine. Het is nog steeds zijn terrein. Ik ben gestopt met de notaris achterna te zitten, het wordt nu toch winter en we kunnen niks doen op dat land. Ik denk wel af en toe met zorg aan de € 5000 die we er al voor betaald hebben. Straks kunnen ze dat niet vinden.
Yves heeft een boel wijngaarden, maar eentje, die ook nog pal langs de weg ligt, verzorgt hij niet meer. Dat is goed te zien, de helft van de wijnstokken is dood, er wordt niet gesnoeid, maar ook wordt er geen vergif gestrooid. Er hangen wel hier en daar druiven aan. Ik was daarvan aan het snoepen, toen Yves langs kwam. “Rammassez, rammassez,” riep hij, om aan te geven dat ik de druiven kon verzamelen. Ik ben inmiddels al een paar keer met een plastic tas en een snoeischaar bezig geweest. Elke dag eet ik trossen zoete witte druiven. Ik heb hem netjes bedankt. En hij mag herrie maken zonder dat ik hem een k.tfransman noem. Oh ja, en ik mag hem ook geen Yves noemen, want hij heet voor ons monsieur Paveillac.

Verder ben ik supertrots op mijzelf omdat ik uitgevonden heb hoe je zenders zet op de internetradio. Dat is een radio die via het draadloos netwerk werkt, hetzelfde als radio via de computer. De internetradio heeft RJ voor zijn verjaardag gekregen van mij (hij heeft hem wel zelf betaald, ik had toen geen geld bij me).
Al die tijd heeft RJ gebruik gemaakt van de voorgeprogrammeerde zenders die er op zaten. Je kunt echter de radio ook voorzien van lijsten waar je je eigen zenders in zet. Zoals Studio Brussel voor RJ en Radio 1 voor mij.
Ik ben in totaal zeker 6 uur bezig geweest om dat voor mekaar te krijgen. Ik heb eerst uitgevogeld welke website ik daarvoor nodig heb, daarna uitgevogeld hoe deze website werkt (Frans, weet je, alles staat erin, maar niemand legt uit waar het staat) en toen sloeg de website op tilt. Vervolgens heb ik uitgevogeld dat die website eigenlijk alleen op Internet Explorer draait (Frans, weet je) en wij hebben Firefox. Dus heb ik Internet Explorer gedownload (drie keer) want daar gaat ook steeds wat mis mee (Windows Seven, weet je, daar kunnen de Fransen niks aan doen). En toen had ik het voor mekaar. Ik heb onze lijsten zo lang mogelijk gemaakt, elke zender die ik maar kon bedenken zit erin. En ze doen het allemaal. Ik ben wel blij dat ik met pensioen ben, hoe doen mensen die werken dat toch?


Het is vandaag 14 oktober en de temperatuur is ongeveer 25 graden. Maar dat vinden ze hier ook uitzonderlijk. Toch kun je goed merken dat het ook herfst is. ’s Morgens is het heel mistig en koud, de bomen zijn aan het verkleuren en het is vroeg donker. In de zon is het heerlijk, maar als je met een bezwete rug in de schaduw komt staan, is er een lelijk windje dat je laat weten dat de zomer is afgelopen. Nu ja, van mij mag het wel gaan regenen. Voor het graszaad dan.

Hier is de LINK  naar de foto’s van de laatste drie weken. Of klik op het onderstaande plaatje.

 

De brievenbus

Terwijl de crisis voortduurt, ministers en staatshoofden in paniek vergaderen en beurzen kelderen, maken wij ons druk om een brievenbus. Of eigenlijk maken we ons daar niet druk om, want het is allemaal al geregeld.

Toen we hier pas begonnen, kwam de postbode bij Roelof-jan langs om aan te geven dat de brievenbus niet op de goeie plek stond. Ze maakt zich daar nogal druk over. De brievenbus hadden we geërfd van de vorige bewoners. Het was een zeer gammel ding en stond op de hoek van de schuur. RJ gaf aan dat hij het begrepen had en ging over tot de orde van de dag. Immers er werden grote werken gedaan door enorme vrachtwagens en machines, een brievenbus zou alleen maar in de weg staan. Nicolas de aannemer reed zelfs een keer de oude brievenbus er uit, dat is eigenlijk onmogelijk want hij stond tegen de muur van de schuur. Maar hij is dan ook vaak genoeg tegen die muur gedenderd.

We woonden hier niet en kregen zelden brieven. Alleen die van de EDF (elektriciteitsmaatschappij) zijn belangrijk, daarmee kun je in Frankrijk aantonen dat je er echt woont. Dat is in ons geval nogal verwarrend. We wonen op Taule, maar Taule is van oudsher een onderdeel van het buurtschapje Le Castellan. De notaris had daarom als adres Le Castellan opgeschreven, dat ligt helaas tweehonderd meter verderop. Onze bank had dat adres overgenomen van de notarispapieren, en zelfs nu nog krijgen we regelmatig post bij de buurman, die dan de auto pakt om die bij ons af te leveren. Gelukkig is dat een aardige vent en ook nog metselaar, dus we hebben hem misschien ooit nodig.

Toen we elektriciteit kregen, dachten we dat het nu verder goed zou gaan, maar die schreven ons in op Taulet. Dat bestaat ook en ligt een kilometer verderop. Mogelijk ligt bij hun nog post, maar die mensen kennen we niet. Natuurlijk heb ik ijverig geprobeerd die adressen netjes op Taule over te zetten, maar ondanks vriendelijke antwoorden die altijd eindigen in ‘pas de soucis’ (geen zorgen) is dat tot nu toe niet gelukt. Gelukkig hebben we meestal dezelfde postbode en die bezorgt kaartjes met ‘Van Dongen, Courrensan’ keurig bij ons.

Terug naar de brievenbus. RJ kocht een nieuwe bij de Gedimat (de plaatselijke Gamma) alwaar we geregistreerd staan als ‘Van Dongen, Le Castellan’ dus de rekening moeten we nog krijgen van de metselaar. Ik mocht de kleur kiezen en ik koos een gele, de enige andere mogelijkheid is groen. Geel staat beter bij de ‘gele’ stenen van ons huis, vandaar.

Het duurde drie maanden voordat ik een keer de postbode zag. Ik hield haar aan en vroeg waar we het beste de nieuwe brievenbus konden plaatsen. Ik wilde hem graag bij onze toekomstige ‘voordeur’. Dat is nu een wrakke poort die volledig wordt vastgespijkerd wanneer we in Nederland zijn. De postbode gaf geen krimp en vond het een prima plek. Ze gaf precies aan hoe en waar de brievenbus geplaatst moest worden.

Door de week werkt RJ echt, maar in het weekend doet hij karweitjes. Afgelopen weekend ging hij de nieuwe brievenbus plaatsen. Eerst moet er een paal de grond in. Dat kan hier niet, de grond is een soort beton. Dus haalt hij dan al zijn doordeweekse werkspullen uit de kast en begint de boren en te slijpen en te kloppen. Er ontstaat dan een krater. Daarin wordt de paal met daar bovenop de brievenbus gemonteerd geplaatst. Tot slot wordt het geheel weer aangevuld vanuit de hopen grond die nog steeds (minder) onze achtertuin ontsieren. De brievenbus staat zo, dat als je uit Gondrin komt (daar is het postkantoor) je de auto niet uit hoeft, je kan de post er zo in mieteren. Ook handig: de bus is afgesloten met een slotje.
De maandag daarna zag RJ door het raam toevallig de postbode aankomen. Ze kwam van de andere kant! Ze stopte, stapte uit, liep helemaal om de auto heen en deed de post in de nieuwe bus. Heel onpraktisch. De volgende morgen zag ik haar aankomen (weer van de verkeerde kant) en ik ging poolshoogte nemen. Nee, ze was heel tevreden met de nieuwe bus, hij stond heel goed en veel beter dan de vorige. Praktisch is geen Frans woord.

Maar wel leuk dat ze ons meteen de mores van de post leerde. We konden aangeven of we wel of niet ‘pub’ (publiciteit, reclame) in de bus wilden. Nou dat wilden we wel als we in Frankrijk waren, maar niet als we beiden in Nederland zijn. Geen nood: zij kon de brievenbus met haar master-sleutel openen en in de gaten houden of hij niet overliep.
Ook legde ze ons het ‘pince-à-linge’ systeem uit (bedankt Corry, dat we zo goed Frans kunnen, we begrijpen echt alles). Als je een brief of een kaart wil versturen, leg je die IN de brievenbus en je steekt een wasknijper aan de klep. Zij neemt de post mee en verstuurt hem voor je ( ja natuurlijk moet je er dan wel een postzegel op doen). En nog mooier: wanneer je de postbode wilt spreken, bijvoorbeeld om aan te geven dat je een paar weken met vakantie bent, doe je ook de wasknijper aan de brievenbus. Maar GEEN post erin. Dan toetert ze een keertje en kun je naar buiten komen om al je zaakjes te regelen.

Nee ‘praktisch’ is geen Frans woord. En de Fransen gaan kapot aan de hoge staatsschuld. Sarkozy en Merkel moeten Europa redden. Maar hier stopt de postbode als er een wasknijper aan de brievenbus zit.